donderdag 28 april 2011

Venus
Danstheater AYA



Carmen de Looff
T3A
Danstheater AYA
Venus


Inhoud
Op 6 april zijn we naar de voorstelling Venus geweest, opgevoerd door danstheater AYA. Het ging over de innerlijke kracht van vrouwen. Opgevoerd door 7 dansers onder leiding van choreografe Wies Bloemen. Zij wou door middel van een dans de innerlijke kracht van vrouwen laten zien. Omdat de vrouw volgens haar het zwakste is in de maatschappij. Door een hele expressieve dans wordt dat beeld veranderd. De voorstelling is heel erg modern, het thema is van deze tijd. En de dans zelf was heel erg verhalend. Er werd ook erg veel gepraat en natuurlijk vooral uitgebeeld en gedanst. Er zijn verschillende scènes in de dans, vrolijke, grappige, verdrietige en serieuze. Je wordt vanzelf mee getrokken in deze scènes waardoor de voorstelling nog leuker wordt.

Vorm
Er dansen 7 dansers in deze voorstelling. 6 daarvan zijn vrouwen, 1 is een man. De vrouwen zien er allemaal heel normaal uit, niet afgetraind of veel mooier. Ze hebben een zelfverzekerde blik en hebben veel plezier in het dansen. De man is erg groot, waarschijnlijk Afrikaans en heel erg gespierd. Ze zijn zo tussen de 20 en de 30. Tijdens de dans worden niet alleen de vrouwen opgetild, maar ook de man. De dansers zijn allemaal heel erg sterk en hebben een heel goed uithoudingsvermogen. De interactie tussen de dansers is heel goed, ze dansten synchroon en hielden elkaar in de gaten.
De dans is een moderne dans, heel erg expressief. Er kwam ook een internationale dans naar voren. Er werd heel snel gedanst, dan weer hoekig, dan weer vloeiend. Er wordt gedanst naar het thema van de scène, bij een verdrietig thema, rustig en vloeiend. Bij een vrolijk thema snel en hoekig. Tijdens de verschillende dansen werd er veel herhaald.
Er werd meestal in een grote groep gedanst soms werd in kleinere groepen. Tijdens de duetten werd er met veel interactie gedanst. De dansers waren helemaal op elkaar ingespeeld. Ook tijdens een solo kwamen ze heel zelfverzekerd over, ze wisten precies wat ze deden en dat ze er goed in waren.
Als er een dans begon, was die meestal in hetzelfde tempo. Meteen erg snel, of juist continu langzaam en rustig. De dansers waren heel erg goed. Ze waren tijdens snelle dansen heel gecontroleerd. En als ze langzaam dansten kwamen ze heel kalm en ontspannen over. De dansers maakten grote duidelijke bewegingen, vooral uitbeeldende. Ze gebruikten altijd het hele podium voor een dans. Ze bewogen in patronen over het podium, kruislings, in cirkels en gewoon vrij.

Muziek
Er werd veel ritmische muziek gebruikt. Daarin werd veel herhaald. De muziek was erg krachtig en heel intens. Het was een mix van veel verschillende stijlen muziek. Een muziekstuk is gemaakt door M.I.A. De muziek paste heel goed bij de dans, het ondersteunde het echt helemaal. Bij een snelle dans was de muziek ook snel en omgekeerd.



Tekst
Tijdens de voorstelling werd er ook gepraat. De dansers hebben met zijn alle gezongen. Ook hebben ze onderling gepraat tijdens een scène. Tijdens het gesprek ging het vooral over de gevoelens van de danseressen

Decor en kostuum
Het decor was heel simpel. Op de grond van het podium lag een groot zeil met een groen zwart patroon. Dat zelfde zeil hing ook tegen de achterkant van het podium.
Aan het plafond hing een grote witte lamp die over het hele podium scheen. Daar werden vaak verschillende kleuren voor gebruikt, die gaven het zeil dan ook een andere kleur. Doordat het decor zo simpel is, focus je vooral op de dans. Het decor werd niet betrokken bij de dans. Er werden ook bijna geen rekwisieten gebruikt. Bij een scène werden emmers met water gebruikt, alleen voor het geluid van stromend water.
De kleding van de dansers was niet speciaal. Tijdens de meeste dansen droegen ze gewoon een zwarte broek met allemaal een aparte top. Tijdens een dans droegen ze daar nog een blazer over. Ze droegen wel kostuums tijdens de lachscène, om daarmee dus de mensen te laten lachen. Een danseres droeg een paar gympen, zonder een bepaalde reden. Voor de rest droeg niemand schoenen.

Opbouw
Er was vanaf het begin van de show al een goede en krachtige sfeer. De dansers konden die zelf veranderen per scène. Elke scène had zijn eigen sfeer die de dansers heel goed overbrachten.

Conclusie
Ik vond het zelf een mooie show. Er was veel variatie en een goede boodschap. Ook waren de dansers erg goed en straalden zelfvertrouwen uit. Ik vind het heel knap dat ze zo goed kunnen dansen. Ik zou de voorstelling niet aan iedereen aanraden. Want de dans was heel apart en niet iedereen vind dat leuk. Het grootste deel uit de klas vond het ook niet leuk. Maar als ik zou het wel aan veel mensen willen aanraden wat ik vond het zelf echt een hele mooie show!

donderdag 21 april 2011

Essay : who am I?

Who am I?

We have done a large project about self portraits, with the main question: who am I? This is the final assignment, a summarizing essay of all the things we have learned. In this essay is information about self-portrait painters, their style, their paintings and their lives. Throughout this essay you can find the answer to the question: why do artists really make self portraits?




Artists show who they are in their paintings. They can make a lot of different self-portraits. The different kinds of portraits show different moods, styles and expressions. They can be serious, happy or depressed.
A very famous self-portrait artist is Vincent van Gogh, who painted 36 self-portraits.

Vincent van Gogh, Self-Portrait as an Artist, 1888
He lived in southern France in the 19th century, many people just know that he cut
of his ear. He always used fairly thick brushstrokes in his paintings.
In this painting, he painted himself as a very good artist. He got inspiration from other paintings, he used the same props that Rembrandt used in his paintings. In this painting he comes across as a serious and very talented artist. He uses broad brushstrokes, which looks very serious. That is because he had a really hard life. He used different backgrounds from different expressions, like dark blue for a calm expression.
His most distinctive characteristics are the use of complementary colours and his use of brushstrokes.

Paul Gauguin has also made many self-portraits. He expressed himself in many different ways. He wanted to focus on painting without being disturbed. That is why he isolated himself from everyone else. He was a very complicated person. He wanted to make the greatest paintings. For that he had to be all by himself, put his heart and soul in his work. He uses many symbols in his work: a halo for god and saintliness, an apple for the story of Adam and eve, a snake for temptation and knowledge and red for the fires of hell. He uses dark colours for tired and serious expressions. When the colours are light, he looks awake and happy.

A female self-portrait artist is Judith Leyster. A Dutch woman from Haarlem. She learned some things from Frans Hals. Later she had her own studio where she gave classes. She was a skilled, self-confident, hardworking and creative woman.

An artist everyone knows is Pablo Ruiz Picasso. He was very good at painting and making sculptures. After his death he got his own museum full of his own art.




Artists make self portraits for many different reasons. They show their personality, their feelings and of course their skills. A big advantage is that the model, themselves, is always available and costs nothing. It also means publicity, because the people can compare the work to the artists. The portraits also live on, the image of them is saved for a very long time. People will know them, and they will be even more famous after their death. Everyone will know who they are.



505 words

donderdag 17 maart 2011

Picnik picture



We had to photoshop a picture using picnik or gimp.
I used Picnik and made a poem to show the meaning behind this picture.


Full colour

I am a girl with many colours.
I am a girl with not only one side.
All these coulours show my humours,
from the happy orange to the boring black and white.

My differents sides make my personality.
When I am full coloured I will shine like a star.
WWhen I am full coloured I can show my individuality.
That is how everyone will know what my colours are.

zondag 30 januari 2011


We had to make a collage about ourselves without putting your name or pictures of yourself in it. You had to show as little of the background as possible.